Naam auteur: admin

Uncategorized

Fluistering in de nacht

Fluistering in de nacht Je kunt huilen omdat iemand die je lief was er niet meer isof blij zijn omdat diegene heeft geleefd Je kunt je ogen sluiten en hopen dat hij of zij terugkomtof je kunt je ogen openen en zien wat diegene heeft achtergelaten Je hart kan leeg zijn omdat deze persoon er niet meer isof je kunt vervuld zijn van de liefde die je kon delen Je kunt je afwenden van de toekomst en in het verleden levenof je kunt proberen door te gaan vanwege gisteren Je kunt iemand alleen herinneren omdat die persoon er niet meer isof je kunt haar of zijn gedachten koesteren en die laten voortleven Je kunt huilen, je leeg voelen of je omdraaienof je kunt doen wat hij of zij wilde:iets van jezelf maken en trots zijn op wie je bent Sytze de Vries

Uncategorized

Hirotake belt met zijn omgekomen broer, door de ‘windtelefoon’ van Otsuchi

De Japanse windtelefoon Hirotake belt met zijn omgekomen broer, door de ‘windtelefoon’ van Otsuchi    art. Volkskrant Jeroen Visser 4 januari 2019 Een telefoon waarmee je kunt bellen met overledenen, midden in het tsunamigebied in Japan, trok al tienduizenden mensen, onder wie de 22-jarige Hirotake, die zijn broer verloor. Er waait een harde wind als Hirotake Murakami in augustus 2016 in zijn blauwe Toyota op weg is om zijn overleden broer te bellen. De rit van zijn woonplaats Sendai naar het kustdorp Otsuchi, waar de telefooncel staat, duurt vier uur. Hirotake rijdt door de rotsachtige kuststreek van de Japanse regio Iwate. Dit is het gebied waar de tsunami van 11 maart 2011 de meeste slachtoffers maakte, onder wie Hirotakes broer Hiroshi. Langs de weg staan bordjes die markeren tot waar de soms wel vijftien meter hoge vloedgolf reikte. De telefooncel staat in een schuin aflopende tuin met uitzicht op de Grote Oceaan. Hirotake parkeert zijn auto voor een kas met tomaten. Daarachter, omringd door een rietvijver, esdoorns, spierstruiken en een kiwiplant, staat een witte telefooncel met een mintgroen dakje erop. Vanaf een ijzeren rozenboog met een belletje dat heen en weer zwiept door de wind leidt een stenen pad naar de deur. In de hoek van de tuin staat een bosje coniferen met tussen de stammen het marmeren beeldje van een biddend meisje. De 20-jarige Hirotake is hier op aanraden van zijn afstudeerbegeleider. Hij is vastgelopen in de zoektocht naar een goed onderwerp voor zijn bachelorscriptie sociale wetenschappen. ‘Heb je weleens gehoord van de windtelefoon in Otsuchi?’, had de professor gevraagd. ‘Misschien is dat iets voor jou?’ Hirotake was eerst een keer komen kijken met zijn moeder, die de telefoon toen gebruikte. Nu is hij alleen. Hirotake opent de zware deur van de telefooncel en stapt naar binnen. Op een plankje staat een zwarte telefoon, een klassiek model met een draaischijf. De kabel is opgerold en bijeengebonden, zodat iedereen kan zien dat de telefoon niet verbonden is. Naast de telefoon ligt een gastenboek, waar duizenden voor hem een boodschap hebben achtergelaten. De windtelefoon in Otsuchi trekt tot 300 mensen per maand die met overleden dierbaren willen praten. Hirotake heeft niks voorbereid en hij is ook niet nerveus. Het zal een kort gesprek worden, weet hij. Er is maar één ding dat hij Hiroshi wil vertellen: dat hun ouders veel verdriet hebben om zijn dood. Zoveel, dat hun moeder vrijwel elke nacht huilend in slaap valt. Meer is er niet te zeggen. Hirotake is geen prater: zelfs met zijn beste vrienden heeft hij nooit gesproken over de dood van zijn broer en hoe het hun gezin heeft beïnvloed. Maar als Hirotake de hoorn opneemt en aan zijn oor legt, stromen de woorden tot zijn eigen verbazing uit zijn mond. Hij praat en praat. Dingen die hij niet eerder durfde te zeggen, komen er nu uit. Rouwproces Hirotake is een van de ruim 30 duizend Japanners die de afgelopen jaren de ‘windtelefoon’ van Otsuchi hebben gebruikt. De aluminium telefooncel staat op het erf van de 73-jarige tuinontwerper Itaru Sasaki, een man met spierwit haar, donkere ogen en een gebruinde huid die veel werk in de buitenlucht verraadt. In 2009 overleed zijn neef, met wie hij erg hecht was, aan kanker. Ter verwerking van zijn verdriet zocht Sasaki naar een manier om een boodschap over te brengen naar het hiernamaals. Een oude telefooncel die hij ooit had opgepikt bij een failliet gokpaleis leek hem geschikt. ‘Het spreken aan de telefoon, ook al is die niet verbonden, dwingt je je gedachten te ordenen en ze onder woorden te brengen’, vertelt Sasaki. ‘Dat is een essentieel onderdeel van het rouwproces.’ Hij doopte de telefooncel Kaze no Denwa, de telefoon van de wind, omdat hij hoopte dat de wind zijn woorden naar zijn neef zou dragen. De telefoon stond er net toen de ramp zich voltrok. Op 130 kilometer voor de kust van Iwate deed zich een aardbeving voor met een kracht van 9 op de schaal van Richter, de zwaarste ooit gemeten in Japan. Zo’n drie kwartier later stortte de vloedgolf zich op de Japanse oostkust. Complete steden en dorpen, waaronder Otsuchi, werden weggevaagd. Er vielen 15.894 doden, 2.558 mensen zijn nog officieel vermist. Het huis van Sasaki, dat op 60 meter hoogte ligt en gespaard bleef, werd in de maanden na de ramp een toevluchtsoord voor de vele ontheemde dorpsbewoners. In het tuinhuis richtte Sasaki een café in, Ever Green, waar tot het dorpscentrum weer was opgebouwd elke dag koffie en cake te krijgen waren. Achter Sasaki’s smederij kwam een bibliotheek die jarenlang de verwoeste dorpsbibliotheek verving. Verslaggevers die in Otsuchi poolshoogte wilden nemen, kwamen naar de tuin van Sasaki. Een van hen zag de telefoon en schreef er een stuk over. Dat was het begin van een stroom bezoekers die tot de dag van vandaag voortduurt, met soms wel 300 bezoekers in één maand. Groot respect Hirotake en zijn broer hadden een goede band, maar ze waren niet erg hecht. Dat kwam vanwege het leeftijdsverschil; Hiroshi was tien jaar ouder. Ten tijde van het ramp woonde de 25-jarige Hiroshi, afgestudeerd econoom, nog thuis. Hij werkte op het stadhuis van hun woonplaats Rikuzentakata. Elke avond zagen ze elkaar bij het eten. Hiroshi was een sociale jongen die nooit te beroerd was anderen te helpen. Hij was lid van de vrijwillige brandweer en Hirotake kan zich ook herinneren hoe zijn oudste broer hem hielp met het toelatingsexamen voor de middelbare school. Af en toe speelden ze samen FIFA, het voetbalspel op de PlayStation. Hirotake had groot respect voor zijn broer. ‘Ik wilde zijn zoals hij’, zegt Hirotake, die zelf van nature erg schuchter is. Op de dag van de ramp repeteerden de toen 15-jarige Hirotake en zijn klasgenoten voor de diploma-uitreiking van de dag erna, toen ze de aarde voelden trillen. Dit moment hadden ze vaak geoefend: snel liepen ze achter hun leraar aan naar de gymzaal, het verzamelpunt. Een van de vier ramen in de gymzaal had een goed uitzicht op zee, waardoor iedereen de zwarte vloedgolf zag naderen. ‘Toen we

Uncategorized

Een erfenis in emotie

De emotionele erfenis: wat doe je met waarden, ideeën, enthousiasme, verlangens en dromen waar jouw geliefde of dierbare zoveel waarde aan hechtte, zoveel van hield?   Al voor de aankoop van ons huis was het hebben van een moestuin een dagelijks terugkerend onderwerp in onze gesprekken. Boontjes uit eigen tuin! En bloemkool ging hij ook proberen, al waren er ook veel mensen die dat afraadden. Maar Piet wist van vroeger, van boer Bakker: je moest het blad erover heen leggen. Onze moestuin kwam boordevol te staan. Ik had niks met tuinieren. Ik zat liever in de tuin met een boek. Piet werd ziek en van lieverlee ging ik in de tuin aan de slag. Piet op het bankje en ik groene en rode kool rooien, boontjes plukken. Aardbeien plukken. Vond ik het leuk? Nee. Maar er veranderde wel iets. Groente eten die Piet verbouwd had? Geweldig. En lekker. En, Piet werd heel blij van mijn bijdrage. Rug kapot en knieën doormidden: het deed er steeds minder toe.  Met Piet ging het niet goed. In januari 2013 is hij overleden. De moestuin verwilderde, veel onkruid en voor de rest alleen nog heel veel stronken boerenkool. Iets dreef mij die tuin in. Het was zo’n bende.  B. kwam helpen. “Die tuin moet toch gespit worden?” Ik kwam in die tuin aan het werk. Wat een tranen, wat een wanhoop. Het schrijnende gemis dat hij daar niet was..   Het heeft me zo goed gedaan. Het heeft me zoveel goeds gebracht. Werken in de grond waar Piet in gewerkt had. Het plezier dat Piet had, wanneer de groentes opkwamen. Dat plezier kwam voor mij nu dubbel naar binnen. Alsof er een plaats in mijn hart was waar onze liefde kon blijven leven.   Dit is wat een emotionele erfenis nog meer kan doen, kan inhouden:  wat je doet is een blijvende waarde geven aan wat hij/zij deed.

Uncategorized

“Want sterk als de dood is de liefde”

Op 16 januari 2013 is mijn man Piet Hofstee overleden. Mijn stralende zon, mijn licht en inspiratie. Mijn onvermoeibaar harde werker. Weg. Dood. Mijn verdriet was zo groot. Die rauwe schrijnende afwezigheid. Die tastbaar schrijnende afwezigheid. Zijn lach, zijn verhalen, zijn avonturen, zijn verdriet om wat niet meer zou gebeuren. Verder leven- zonder Piet. Mijn verdriet is groot. Leven met de dood. Is dat leven in het verleden? Met een open wond in het leven staan? Is dat leven terwijl het leven voorbij is? Of nooit meer helemaal echt deelnemen aan het feestje? Vragen naar de betekenis van het leven-en van de dood. Existentiële vragen. Maar bovenal vragen die gaan over liefde. De dood, het afgesneden zijn van geliefden, confronteert ons met liefde. Liefde die niet gedeeld kan worden. Denken we. Verdriet en verlies, rouw, vragen om het aangaan van het verlies, vragen om een actieve houding. Vragen om het opnieuw leren van de wereld. Om het doorvoelen, doorvragen van jouw emotionele, sociale, psychische en intellectuele realiteit. Door het verdriet heen opnieuw leren leven, ervaren dat de kracht van liefde blijft. Door de dood heen- de dood beëindigt wel een leven maar niet de liefde. Leven in verbinding, in verbinding met de dood en de doden. Dat is waar voor mij Natuurbegraafplaats Hillig Meer voor staat. Die realiteit bepaalt mijn leven. Met mijn geliefden. Met Piet, met de natuur, met de stilte. Met anderen. Liefde is groter dan de dood. De Hofstee coaching Als verlies-coach help ik je jouw veranderde wereld aan te kijken. Jouw verdriet aan te gaan. Kan ik je laten zien welke patronen grote invloed hebben op jouw gedrag. Wat verlies met jou doet. En jij met het verlies. In mijn praktijk werk ik graag met muziek, verhalen, gedichten, schilderen. Naast individuele begeleiding verzorg ik ook lezingen en workshops, interactief,-  en altijd op basis van uitwisseling. Ook dan spelen muziek, schilderen en verhalen een grote rol. Deze tekst is gebruikt als presentatie van de Hofstee coaching voor de Inspiratiedag van Natuurbegraafplaats Hillig Meer

Uncategorized

Rouwverwerking bestaat niet

Rouw gaat in essentie over het verdriet dat je hebt over geliefden die je bent verloren. Maar gaat ook over de wond die dat verlies in jou achterlaat. Rouwverwerking bestaat niet, en is zeker niet gebonden of te meten in jaren. Het verdriet blijft, zoals de liefde die eraan gekoppeld is blijft. Blijvende liefde. Of zoals Thomas Attig (auteur van o.m. The heart of grief) schrijft: “De dood beëindigt wel een leven maar niet een relatie” Het onlangs gepubliceerde onderzoek naar het rouwproces bij MH17 nabestaanden toont eens te meer aan hoe wezenlijk goede begeleiding bij rouw is. ( Volkskrant 16 juli) Compliment voor de onderzoeker, klinisch psycholoog Jos de Keijser. Vragen stellen over verlies bij mensen die zo ondergedompeld zijn in hun verdriet, niet makkelijk. Respect ook voor de nabestaanden die ondanks hun  verdriet de vragen beantwoord hebben. Ook het pleidooi van De Keijser voor meer erkenning voor de ernstige en mogelijk langdurige effecten van rouw op ons leven ondersteun ik van harte. Maar verlies is meer dan statistieken, cijfers en percentages. Verlies is uniek, voor ieder van ons. Door wie je bent, door je opvoeding, door wat je in je leven al geleerd hebt over verlies. Door wat je al hebt meegemaakt. Verlies beschadigt je,  ook op plekken waar je al beschadigd bent. Dat vraagt om meer dan “exposure”, blootstellen aan de pijn, in dit geval aan de concrete gebeurtenissen bij de vliegramp,  en “veerkracht” Dat vraagt in de allereerste plaats om moed. Moed om je verdriet te voelen en daarbij stil te staan. Langer of korter, het doet er niet toe. Je verdriet, je tranen brengen je ergens anders. Niet de tijd. Juridische procedures, politieke verwikkelingen, media-aandacht, maar ook de begrijpelijke gevoelens van woede en wraak over het aangedane leed, leiden  van het verdriet af. Dat kan een keuze zijn. Maar kan ook het rouwproces ontwrichten. Met dit betoog probeer ik te laten zien dat hulp bij rouw  ertoe doet. Dat vakbekwame begeleiding je leven in balans kan brengen, in contact met je verdriet en met je liefde. Volgens mij is dat echter nogal wat anders dan “de belemmerende omstandigheden waar de psycholoog je van af kan helpen” zoals de Keijser zegt in het interview. Hetzelfde geldt voor het door De Keijser geschreven  handboek “Iets in mijn leven is kapot” De titel stigmatiseert en houdt mensen in de greep en op de plek van hun verlies. Ik wens ook voor de nabestaanden van MH17 dat verlies en liefde naast elkaar komen te leven, en dat de greep van het verlies steeds milder wordt.

Uncategorized

Gewoon verdriet

‘We kunnen niet meer met verdriet omgaan’, schrijft psychiater Dirk de Wachter in zijn nieuwe boek ‘De kunst van het ongelukkig zijn’. Dat klopt, maar wat ik er graag aan zou willen toevoegen is: ‘Dat hebben wij hier in het Westen nog nooit gekund.’ Verdriet, huilen, anderen vertellen dat het een jaar na de scheiding nog helemaal niet wil, je wanhoop tonen, omdat het nog steeds niet goed gaat met je dochter, mannen die huilen: het is nog nooit een deel van onze Westerse samenleving geweest. Wat zou het goed zijn als daar nu verandering in zou komen. Het niet leven, het niet uiten van je verdriet bestaat niet. Niet geleefd verdriet beneemt je de adem -soms letterlijk- en snoert je keel dicht. Het kruipt in alle kieren en gaten van je lichaam en ziel en verziekt daarvandaan letterlijk je leven. Je buitengesloten voelen, eenzaamheid, zwaarmoedigheid, woedeaanvallen, cynisme. Maar ook daadwerkelijk fysiek ziek zijn, met meer dan alleen vage buikklachten. Doen alsof je geen verdriet hebt, is geen optie. Verdriet sluit zich op in je lichaam en meldt zich vroeg of laat in je aan. Hoe dan ook.   “Aan verdriet kun je niet veel doen”, aldus klinisch psycholoog Jos de Keijzer in een interview met Riet Fiddelaers (Podcast De Verliescirkel afl.2). Het verontrust mij zeer dat twee vooraanstaande deskundigen in ons land het hierover kennelijk samen roerend eens zijn.  Nee, er is geen prullenmand waar je je verdriet in kunt deponeren. En nee, je kunt verdriet niet loslaten. Of ‘vandaag even niet’. Je zit er middenin en het verdriet wijkt voor geen meter. Toch?   Niet helemaal. Ja, je verdriet is. Groot donker en diep. Angstaanjagend ook. Je verlangen is groter dan je ooit voor mogelijk had gehouden:   Zeven maal om de aarde te gaan,als het zou moeten op handen en voeten;zeven maal, om die ene te groetendie daar lachend te wachten zou staan.Zeven maal om de aarde te gaan. Ida Gerhard   “Tranen vormen een rivier die je naar een andere plek brengt” ( Clarissa Pinkola Estes). Huilen is een directe, natuurlijke, fysieke uiting van mensen op verdriet. Huilen helpt om je emotionele balans te herstellen. En omgekeerd: de kramp die nodig is om je tranen in te houden, verkrampt ook je andere  emoties. Een huilbui lucht op. Geeft ruimte. Over een lange periode geven tranen een andere wending aan je verdriet. Een andere lading. Kun je weer contact maken met de liefde die aan dit verdriet ten grondslag ligt. Tranen laten stromen is uiteindelijk je liefde laten stromen. Het aangaan van je verdriet is je verdriet voelen en daar vanuit jezelf open mee omgaan. ‘Dit is mijn verdriet, dit is een deel van mij’. Huilen is de meest primaire uiting, maar er zijn zoveel mogelijkheden: tekenen, schilderen, schreeuwen, zingen, muziek maken, luisteren naar muziek, praten, stil zijn, samen stil zijn, rituelen. Steeds vanuit de kern van je eigen gevoelde verdriet. Tot het een meelevend deel van jezelf is geworden. Dat er is, en dat blijft. Zoals de liefde blijft. Tijd is een door mensen bedacht fenomeen. Verdriet past zich daar niet in aan. Als je na een jaar nog veel verdriet voelt, is dat geen reden om je zorgen te maken. We hebben allemaal rouw. En misschien hebben we allemaal wel gecompliceerde rouw.   Jantje Y. Brouwers

Uncategorized

De revolutie van de stilte

Dit is wat de natuur vermag. In haar weergaloze schoonheid verheft ze haar vleugels en snijdt ze ons de pas af. Zet ze ons thuis, maakt ons ziek. Afgescheiden van elkaar, met als grootste dreiging de andere mens. Deze aarde die zo onze moeder is. Ze  slaat niet terug, want zo is niet haar aard. Ze maakt ook geen onderscheid tussen schuld en onschuld. Nee. We worden, ieder van ons, teruggezet op onze eigen 2 benen. Teruggeworpen op onze eigen angsten, eenzaamheid, verlies en ook rouw. Wereldwijd. Iedereen. Een confrontatie die iedereen tot in het diepst van zijn bestaan raakt. En aangaat. Ze brengt ons stilte. Stilte van Kaapstad tot Hamburg, van Wuhan tot Garmerwolde. Een weldadige stilte. Een stilte die wringt. Een stilte die tot nadenken dwingt. Die uitnodigt tot bezinning en bewustzijn, tot verwondering. Misschien kun je de stilte toelaten. Te midden van alles wat er nu in en om je heen gebeurt. Niet jezelf verbinden met alle geluid en beweging, met al je gevoelens en gedachten.  Maar je verbinden met de stilte. Wat die ook in je oproept. Stilte die maakt dat je aanwezigheid bewust, nieuw en vol aandacht wordt. Dat is het begin. De revolutie van de stilte.

Uncategorized

The Healing Wound

The healing woundWoundedness is part of the human condition, the part that motivates all our journeys.  If we were not wounded, we would remain in innocence and never mature, grow, or learn.Carol S. Pearson Unfortunately , in our culture we persist in thinking of the world in terms of the healthy ones and the wounded ones. We want to cure people and make them “normal”, which not only keeps them from sharing their woundedness, but also prevents them from finding the potential gift in that wounding.Carol S. Pearson

Uncategorized

Dag Mens

We drinken graag een glas. We vermaken ons graag met de bloemen en de bijtjes. We leven op  van de natuur, maar ook van bouwkunst, schilderkunst of een mooie film. We genieten van andere mensen, van kinderen, en maken de mooiste muziek. We luisteren naar de stilte, maar ook naar vogels. We hebben aandacht voor onszelf, maar vooral ook voor elkaar. We zijn kwetsbaar. We verbinden ons met elkaar, vinden verdieping en betekenis, en we geloven. De een meer, de ander minder. We bebouwen het land en beschermen de natuur. We verzamelen kennis tot in het oneindige. En krijgen inzicht. We werken, lezen, slapen en spelen. Alles op zijn tijd en plaats. Gerangschikt naar de belangstelling en mogelijkheden van ieder van ons. De mens. Twee voeten, twee benen, vingers, een hoofd, ogen en oren, een goed stel hersens, zintuigen. Alles georkestreerd vanuit een wonderbaarlijk geniaal fysiek systeem. Herkenbaar ook. Wie je bent, het laat zich zien in je lichamelijke verschijning, in je stem, je ogen, de manier waarop je loopt. Hoe je lacht. De mens. Een volmaakte schepping. Elk mens een volmaakte schepping. Evenzogoed laat de lange geschiedenis van de mens zien, van elk individueel mens overigens ook, dat we elkaar naar het leven staan. Dat we om volslagen onzinnige redenen ten oorlog trekken. Dat we uit pure hebzucht onze medemens onderdrukken, bestelen, of gewoon niet eens zien staan. Veroordelen op grond van, ja van wat eigenlijk? Dat we met niet de geringste aarzeling kiezen voor comfort en gemak. Ten koste van, ja vrijwel alles. Niks empathie, niks compassie. Ik eerst. Mijn groep, mijn land, mijn belang. Onze olie, ons gas. Mijn vakantie. Niet zo’n volmaakte schepping? Stel dat dit alleen maar een manier van denken is. Een mening. Ingeprent. Een oud patroon. En dat we er dus ook anders naar kunnen kijken. Niet zo westers. Maar nieuw. Anders. En dat dan tevoorschijn komt dat wij inblij worden als we anderen kunnen helpen, redden, bijstaan. Dat we daadwerkelijk heldenmoed bezitten, en dat ons dat inspireert. Dat vrijwilligerswerk in welke vorm ook, een diep gevoel van betekenis geeft. Dat we oprechte zorg voor onze medemens hebben. In het groot en in het klein. Maar ook dat het uiterst moeizaam is om soldaten te leren schieten. Dat we wel degelijk in staat zijn om op zelfs op coöperatieve basis samen te werken en te leven. Dat is wel heel positief. Jawel. Maar wetenschappelijk aangetoond. Bijvoorbeeld door Rebecca Solnit die het gedrag van mensen na de ramp Katrina (orkaan 2005) onderzocht. En zij is niet de enige. Biologen, neurowetenschappers en psychologen ondersteunen haar uiterst positieve bevindingen. Volgens historicus Rutger Bregman*  is beschaving de oorzaak van alle kwaad, en niet de mens. De mens is van nature goed. Hij deugt. Zijn onderzoek laat ook zien dat een andere, nieuwe kijk op de mens ons gedrag positief kan beïnvloeden. Politiek econoom Elinor Ostrom ontving voor haar onderzoek naar coöperatieve samenlevingsvormen in 2009 zelfs de Nobelprijs.  Onze ware aard in een nieuw perspectief. Een revolutie. Of gewoon anders in kaart gebracht? Respect Wij mensen hebben een vracht aan emotionele behoeftes. Aan liefde en erkenning, aan erbij horen en identiteit, aan betekenis en zinvol leven. Wanneer we al die begrippen zouden samenvatten in één woord zou dat wel eens respect kunnen zijn. Respect voor jou is je gewaardeerd en gezien voelen. Bij respect voor anderen blijven we stevig verankerd in bescheidenheid, moraliteit en zorg voor anderen en onszelf. Respect vormt de basis voor gezonde empathie en integriteit, en het leidt eveneens naar waardigheid en diepte in onze menselijke relaties en in onze relatie met de aarde. Respect is de basis voor liefde en rechtvaardigheid, het is de weg van conflict naar verzoening. Respect is de basis van waaruit “de nieuwe kaart van de mens” een stevige duw in de rug krijgt. Respect is waarop we als mens kunnen bouwen. Het is een groot voorrecht mens te mogen zijn. Wie je ook bent, wat je ook doet, volmaakt zoals je bent. Toegerust met alle mogelijkheden om je ware aard zichtbaar te maken bij je medemens, en op de aarde. Vanuit het beste wat we in ons hebben. Vanuit respect. Een “Dag voor de mens”. Voor al onze behulpzaamheid, liefde, opoffering, inzet, vrolijkheid, moed, nederigheid. Voor respect. Om “de ware aard” tot volle wasdom te laten komen. *Rutger Bregman “De meeste mensen deugen”  Een nieuwe geschiedenis van de mens.uitgeverij De Correspondent 2019  

Uncategorized

Thuis

Tijdens de verbouwing van ons huis aan de Moeshorn 5 in Thesinge, juli 1994, werden we door allerlei oponthoud genoodzaakt een nacht in ons huis te slapen zonder voordeur. Oei. Slapen in dit kale huis waar alles toch al zo op de kop stond en nu ook nog geen deur. Alsof alles en iedereen zo door onze slaapkamer kon lopen. Konden we dat eigenlijk wel?   Een huis dat als een deken om je heen zit. Beschut. Veilig. Mooi ook. Waar niets en niemand binnen kan dringen. Behalve de mensen die jij kiest. Die jij liefhebt. Die jouw vrienden zijn. Thuis.   Je thuis voelen is fijn. Het is een emotie die maakt dat we onderuitzakken en ontspannen. Maar op de keper beschouwd is het een enorme opgave. Die uit de aard der zaak te maken heeft met je omgeving, met de plek waar jij geboren bent, en nog veel meer met jezelf.   Hoe doe je dat, je thuis voelen? Natuurlijk heeft je thuis voelen te maken met de vorm en inrichting van je huis. Maar meer nog met jouw vertrouwdheid, jouw bekendheid met de plek. Met veiligheid. Een ‘haven’ volgens de Britten: een veilige comfortabele, voorspelbare plek, waar je je op je gemak voelt. “A haven in a heartless world”. Die haven is voor ieder van ons specifiek. Een concrete plek, met spullen die kenmerkend voor ons zijn, waar we aan gehecht zijn ook. Belangrijk om je thuis te voelen is ook de mogelijkheid tot zelfverwerkelijking. Dat wil zeggen dat jij op die plek jezelf kunt zijn, het is de plek waar je je verbonden weet met gelijkgestemden. Met mensen van wie je houdt. En een plek waar je je favoriete activiteiten kunt ontplooien.   O ja? Thuis is de gewoonste plek op aarde. Tegelijkertijd is het voor velen ook de moeilijkste. Voor sommigen is het al een grote prestatie om zich überhaupt thuis te voelen, aldus de Duitse filosoof Daniel Schreiber in zijn boek ‘Thuis’. Hij brengt, terecht, naar voren dat voor velen van ons ‘thuis’ precies de plek is waar we de meeste conflicten uitvechten, waar de meeste wrijving plaatsvindt: thuis als plek waar we ons het minst onszelf voelen. Waar we ons niet veilig voelen. Thuis zou ook de plek moeten zijn waar we leren ons te verbinden met anderen, om ons te hechten. Dat is niet alleen de basis waarop je later relaties met anderen kunt aangaan maar ook de basisvoorwaarde om je ‘thuis’ te voelen in de wereld. Nou? Voor hoeveel van ons gaat dit eigenlijk op?   Waarde Je ‘thuis voelen’ is een grote waarde, een grote emotie. Het is een begrip, een emotie, die tot op heden amper door psychologen onderzocht is, laat staan op waarde geschat. Want wat is ‘je thuis voelen’ eigenlijk? Lastige vraag. Jan Willem Duyvendak, socioloog aan de universiteit van Amsterdam, doet sinds 2007 onderzoek naar ‘thuis voelen’. Het is, aldus Duyvendak, een heel andere emotie dan bijvoorbeeld woede, blijheid, of schaamte. Die emoties zetten aan tot actie, zeggen psychologen, en dat is precies wat thuis voelen niet doet. We komen pas in actie wanneer we ons niet thuis voelen. Dan ineens wordt het heftig en kunnen we anderen ook precies vertellen waaróm we ons niet thuis voelen. Thuis voelen is een existentiële behoefte, die we pas ervaren zodra het ontbreekt. En het is een behoefte die moeilijk onder woorden te brengen is, en daarom een ‘stille emotie’ wordt genoemd. Maar wel een ongewoon belangrijke stille emotie. Zodra het ontbreekt doen we er alles aan om het te verwerven. En: zodra het er is, wordt het weer passie, een comfortabele emotie.   Thuis in GroningenJe thuis voelen, je veilig voelen in je eigen huis is een groot voorrecht. In Groningen weten we dat maar al te goed. Velen van ons ervaren al jaren de effecten van aardbevingen op ons huis en de gevolgen daarvan voor ons welbevinden. Hoe wezenlijk je goed voelen in je eigen huis voor een mens is.   Ten slotte. Je thuis voelen doet er toe. Voor jou en mij, voor iedereen. En toch, het is zo intens gebaseerd op mensen die we om ons heen kiezen. Op wie we insluiten. Wat zou het mooi zijn als we daar nu eens een draai aan zouden geven. Dat we zoveel mogelijk mensen insluiten. We zijn per slot van rekening allemaal slechts wereldbewoners die een veilige plek nodig hebben. Iets wat we ‘thuis’ zouden kunnen noemen.

Scroll naar boven
Privacyoverzicht

Deze site maakt gebruik van cookies, zodat wij je de best mogelijke gebruikerservaring kunnen bieden. Cookie-informatie wordt opgeslagen in je browser en voert functies uit zoals het herkennen wanneer je terugkeert naar onze site en helpt ons team om te begrijpen welke delen van de site je het meest interessant en nuttig vindt.